Eigenlijk zijn wij net parelvissers. Ja. Noem ons maar parelvissers. Zie ons met van die donkerblauwe kabeltruien, smoezelige petten en ruik ons: we stinken een beetje. Maar soms krijgen we een pareltje toegeworpen. Gewoon zo maar. Dan zitten we aan ons bureau, gecoiffeerd, gesoigneerd en welriekend en dan vinden we plots een linkje in de geheime mailbox, een linkje naar een album van Levi Noah op Bandcamp en daarop staat dan het prachtige Hospital Eye. En dat vinden we heel fijn. Niet alleen omdat we lui zijn, maar ook omdat er verdomd veel water is om in te vissen.
Levi Noah dus. Net zeventien is dit knakkertje uit Arnhem (echte naam Noah Baan) en internet (en een handjevol mensen, denken wij) is nu al verblijd met vier albums en vier ep’s vol spannende ik-doe-het-lekker-zelf-lo-fi-slaapkamer-pop. Van internationale allure. Vinden wij. En zijn laatste album Please Be Quiet is, tja, gewoon een pareltje. Van Death Star tot Castle. Het is piepklein en breekbaar (als Nick Drake soms) tot snerpend rauw (als Ben Gregory van Blaenavon soms) en intens alsof het uit de tenen komt (als Jeff Buckley soms) en dat alles komt eigenlijk perfect samen in Hospital Eye.
‘Hou dit gastje in de gaten’, waren de enige woorden in het mailtje bij dat linkje. Nou en of. Dat zou iedere muziekliefhebber moeten doen. Want we gaan écht nog van Levi Noah horen. Misschien in november al. Maar verwar hem niet met het Duitse popsterretje Noah Levi. Dat zou echt bijzonder jammer zijn. Dit is Levi Noah. Levi Noah. LEVI NOAH. Onthoud die naam (en luister dat album).