Auteur: <span>Jasper</span>

En toen realiseerde Ben zich ineens dat zijn dromen geen betekenis hebben. Al wat zich in zijn hoofd afspeelt tijdens zijn slaap; nutteloos. Over die plotse revelatie maakte hij met zijn band Minihorse een EP-tje. Debuut Big Lack gaat het grote, domme universum te lijf met wrange liedjes. Zoals het mooie Blueblack.

Ook Blueblack gaat over een droom. Een koortsdroom. Hoe cliché dat ook klinkt, dat was het toch echt. Zanger/gitarist Ben Collins daarover:

This is the single time I can truthfully say I vomited out a song. It has the anatomy of a love song, but our object of affection is a hazy figure we can’t quite make out, dressed all in black.

De band is afkomstig uit het Amerikaanse Ypsilanti (mag je vergeten) en staat onder contract bij het label Friendship Fever (weet je morgen ook niet meer). Ach, veel wijzer wordt je er ook niet van. Hoeft ook niet. Dus blijft over; muziek. En Blueblack vinden we gewoon heel tof. Want het voelt een beetje alsof dat vale, verweerde Smashing Pumpkins t-shirt, waar je zo van hield, gewoon nog op zolder ligt.

Nieuwe muziek

Van Baueresque tot Metropole Orkest. En toen was Berend Dubbe wel een beetje klaar met dat muzikant zijn. Niet helemaal hoor; hij schreef nog soundtracks en waande zich even Frank Sinatra en een Beach Boy. Maar het merendeel hoorde zijn stem enkel nog op Net5. Bauer zweeg een jaar of 10.

Nu is daar The Alchemist, een prachtige voorproef van het nieuwe album Eyes Fully Open dat in oktober zal verschijnen. Daar werkte hij 8 jaar aan, zonder druk, helemaal alleen. Soms elke dag, soms maanden niet. En toen, na 14 nummers, waren er nog steeds anderen nodig om Berend te zeggen dat hij die plaat eens uit moest brengen.

The Alchemist geeft blijk van Berend zijn voorliefde voor filmmuziek en is serieuzer dan Bauer ooit is geweest (op een frivole bridge na). Geen tekstuele rookgordijnen meer; het gaat over de wijze lessen van een vader voor zijn zoon. Dat komt neer op ‘stel dingen niet teveel uit’. Maar je mag er gerust heel lang over doen. Dat werkte bij Berend ook.


Nieuwe muziek

Seismograph is Jonathan Ioviera uit Portland en In Oblivion is volgens hem een lege ruimte; hij vulde het met alles wat in hem op kwam. Elke song op zijn nieuwe cassette heeft een andere invalshoek op dit idee. Soms is het positief en soms ook niet. Maar alles komt voort uit Jonathan’s liefde voor eenzaamheid.

Dat hoor je ook in de title track; het is warm en toch ook allenig, het is licht, maar ergens ook drukkend. Hij zingt: ‘There’s an ancient place you cannot erase / Or leave to ruin / And it waits, and waits, and waits for you’. Kate Davis (van Pat Moon) zingt een stukje mee. Het is een gloedvol nummer.

Volgens platenmaatschappij Snowbeast is In Oblivion het meest bedachtzame werk van Jonathan tot nu toe. Hij deed er dan ook twee jaar over.

I’ve spent the last few years trying to be more aware of how my anxiety affects my life and how to better deal with that, and I think this album is a reflection of some of those thoughts.

Van doom tot akoestische pop, zegt Snowbeast. Dat maakt ons wel benieuwd naar die cassette (die ook digitaal beschikbaar zal zijn).

Nieuwe muziek

Het was uitzonderlijk heet die zomer. De Texaanse zon brandde en Caleb Ian Campbell (Ari Roar) zat in zijn tot appartement omgebouwde garage te kijken naar ‘hoe-doe-je-dat’-video’s op YouTube. Hij had de helft van zijn nieuwe EP al geschreven, maar een producer was hij nog niet. Eerst maar eens nieuwe speakers kopen, dacht Caleb.

Karate Again werd niet daar, maar in Miami Beach opgenomen. Daar voltooide hij namelijk zijn nieuwe EP Patch Me Up tijdens een uitzonderlijk warme winter. Hij struinde zo nu en dan over de met hagedissen overspoelde ‘sidewalks’ en haalde inspiratie uit zijn ontmoetingen met Jamaican Jewish Guy Who Sang Hebrew Rasta Songs On A Casio Keyboard en Golden Speedo Mustache Dude.

Die laisser-faire van Caleb hoor je duidelijk terug in Karate Again; het is klein, alledaags en fijn. Wij vielen vooral voor het orgeltje (als het een orgeltje is). Dat doen we eigenlijk altijd. In de video zie je overigens Caleb verhuizen, nu van Miami Beach naar Seattle. Want Caleb doet gewoon wat in hem op komt, zonder plan. En ondertussen schrijft hij mooie liedjes.


Nieuwe muziek

Jófríður had succes met haar band Samaris en Ásthildur ging studeren in Amsterdam. Maar écht uit elkaar gingen de zusjes Ákadóttir nooit. Eind augustus verschijnt onder de naam Pascal Pinon het nieuwe album Sundur van de tweeling; piano en stem, donker en kwetsbaar. Single Orange is daar een prachtig voorbeeld van.

Sundur (IJslands voor ‘uit elkaar’) gaat natuurlijk in grote mate over die vrijwillige scheiding. De songs werden bijna allemaal in één weekend opgenomen in Hafnarfjörður. Maar de laatste loodjes wogen het zwaarst en namen nog 9 maanden in beslag. Dat zorgde voor een haat-liefde-verhouding met de songs.

We made it in such a haze, it’s hard for me to imagine what anyone will think of it. I used to love those songs, then I grew tired of them, then I hated them.

Bij het luisteren naar Orange mogen we volgens Jófríður gerust denken aan een pianobar in de jaren ’50. Probeer het maar eens; vlak voor sluitingstijd, een vrouw en een klavier, een lied over liefde en tragedie (en de dronken stamgast die weent aan de toog).


Nieuwe muziek

De Londense band Artbreak is nieuw en brengt iets nieuws. Of eigenlijk mieteren ze heel veel toffe dingen in een grote blender en mixen het tot een overheerlijke substantie. Oh, die basgitaar. De funk. Die stem. En toch rock. Dus swingt, springt en zingt de redactie van Gobsmag in twijfel. Wat is dit?

‘I’m a headless body in a topless bar’

Debuutsingle, mensen. Echt. Dus het kan hierna alleen nog maar tegenvallen of alleen nog maar beter worden en ach, zegt onze wijze kantinejuffrouw dan, dat zijn zorgen voor later. Wij laten Cole Salewicz gewoon nog eens croonen door de werkruimte, terwijl drummer Kayleigh Cheer de boel nog net bij elkaar weet te houden. Hallelujah!

Veel weten we niet over Artbreak. Er was ooit een bandje dat The Savage Nomads heette en nu genoemd wordt als ‘een voormalige incarnatie van de band’. Er zijn ook bronnen die Catfish and the Bottlemen roepen. Divine Comedy zelfs. Het zal allemaal wel. Wij willen vooral niet Koemannig overkomen, maar dit is misschien een voorbijrazende trein waar je nu op moet springen. Voordat de coupé bomvol zit, zeg maar.


Nieuwe muziek

Ze kenden hem wel, in de scene. Beau Brynes was die creatieve jongen die album art deed voor een bandje hier en een bandje daar. Poëzie deed hij ook. Aardige gozer bovendien. En toen pakte hij plots zelf de microfoon en bracht hij het ondergewaardeerde debuutalbum Old Evil uit. Hij raakte bevriend met een paar Modern Baseballers en toen had ‘ie ineens een band: Broken Beak. Matches is de opener van het onlangs verschenen album Some Nerve.

Matches is eigenlijk nog een soort van hommage aan zijn vroegere solowerk; daarna neemt de band het over en wordt de oude Beau opgepeuzeld door drukte en rauwheid. Of zoals zijn platenlabel Near Mint zegt: “Brynes’ lyrical portraits, while retaining their darkness and surreal narratives, are boosted by an electric upgrade that is neither too fiery nor too forced.”

En wij zijn niet vies van een beetje emo. Helemaal niet. En wij houden wel van een beetje jaren ’90 gruis en jaren ’80 verdoemenis. Zelfs het 40 seconden durende intro -dat klinkt als muzikaal behang bij een verstomd diner- heeft wel wat. Dus als Beau aan het eind van het liedje zingt ’the pain is not mine’, dan denken wij; zing het nog een keer, zing het nog één keer, alsof de wereld vergaat. Alsof het te laat is. En dat doet ie dan gewoon. Prachtig.

Nieuwe muziek

Die verdraaide vergelijkingen met The Smiths; ze zijn snel gemaakt. En doen wij het niet, dan doet iemand anders het wel. Matthew Hitt bijvoorbeeld. De frontman van Drowners zei het pontificaal toen in 2013 het debuut EP-tje Between Us Girls (aanrader!) verscheen; ‘My favourite band ever are The Smiths and the main thing I wanted to do was Johnny Marr–esque guitar lines and post-punk drums.’

Daarmee was onze interesse natuurlijk wel gewekt. En dankzij dat puike EP-tje en het prima debuutalbum (Drowners, 2014) zijn we de Welshe/Amerikaanse band blijven volgen. Humain Remains is het eerste singletje van het onlangs verschenen album Cruel Ways. Je luistert naar mooie, pure pop; het klinkt luchtig (en niet echt uniek misschien), maar ook ietwat verdrietig. Een beetje jaren ‘80 dus. Het werd opgenomen en in de mix gedaan door Claudius Mittendorfer. En die beste man deed dat werk ook eens voor Johnny Marr.

Dan nu de trivia waar je ongetwijfeld niet op zit te wachten; Matthew was een veelbelovend model, verhuisde daarom van Wales naar New York en besloot dat muziek maken veel leuker was, hij koos een liedje van Suede als bandnaam en hij deelde even het bed met Fifty Shades Of Grey-actrice Dakota Johnson. Zo. Popquizpunten in de pocket, mocht het ooit gevraagd worden.


Nieuwe muziek